Het kabinet komt met een pakket aan maatrege-
len dat verduurzamen efficiënter stimuleert, de
autobelastingen op termijn beter uitvoerbaar
maakt en de belastinginkomsten robuuster
maakt. Ook wordt de automarkt minder ver-
stoord door fiscaal beleid. Het gaat hierbij om
de volgende maatregelen.
• Het aantal bijtellingscategorieën gaat van
vier naar twee en het algemene bijtellings-
percentage gaat voor nieuwe auto’s van 25%
naar 22%.
• De tarieven van de belasting op personenauto’s
en motorrijwielen (BPM) gaan tot 2020
geleidelijk omlaag met gemiddeld 12%.
• De fiscale stimulering van nul-emissievoertui-
gen blijft in stand en de fiscale stimulering van
plug-in hybride voertuigen wordt verminderd.
Voor elektrische nul-emissievoertuigen gaat
een aftopping in de bijtelling gelden.
• De motorrijtuigenbelasting (MRB) gaat per
2017 gemiddeld met 2% omlaag voor reguliere
personenvoertuigen en stijgt per 2019 voor de
meest vervuilende dieselauto’s.
Gemiddeld aantal privékilometers auto
van de zaak: 10.080 kilometer
De Belastingdienst beschikt niet over de gegevens
over het aantal privékilometers dat met auto’s
van de zaak wordt gereden. Voor de belasting-
heffing is alleen van belang of het aantal
gereden privékilometers op kalenderbasis
meer dan 500 kilometer is of niet.
In 2014 is het Nationaal Zakenauto Onderzoek
uitgebracht door Automobiel Management,
RDC|Centraal Bureau Mobiliteit en de Vereni-
ging van Nederlandse autoleasemaatschappijen
(VNA) in overleg met het Kennisinstituut Mobi-
liteit (KiM). Hieruit blijkt dat berijders die meer
dan 500 kilometer privé per jaar rijden (en dus
op grond van de wet een bijtelling verschuldigd
zijn) gemiddeld 39.279 kilometer per jaar reden,
waarvan gemiddeld 10.080 kilometer privé en
dus gemiddeld 29.199 kilometer zakelijk, waar-
van 18.843 kilometer woon-werkverkeer betrof.
P A G I N A 4
Aanpassing autobelastingen
GEEN VAR MEER IN 2016
Vanaf 1 januari 2016 verdwijnt de Verklaring
Arbeidsrelatie (VAR). Er komt een alternatief waarin
de verantwoordelijkheden van de opdrachtnemer
en de opdrachtgever bij het beoordelen van hun
arbeidsrelatie beter in balans worden gebracht. De
Eerste Kamer moet hier dit najaar nog wel mee
akkoord gaan.
Normaal gesproken kunt u ieder jaar vanaf septem-
ber een VAR aanvragen voor het volgende jaar,
maar dit jaar hoeft dat niet. Doet u toch een VAR-
aanvraag voor 2016, dan behandelt de Belasting-
dienst deze, in afwachting van de besluitvorming in
de Eerste Kamer, niet. Een VAR voor 2015 kunt u
nog wel aanvragen.